Hoe maak je het?

Water voor de aardappelen aan de kook brengen. Ondertussen de aardappelen schillen en in stukken snijden. Vervolgens de aardappelen volgens de gebruiksaanwijzing koken(meestal zo'n 25 minuten) met eventueel zout.
Als de aardappelen koken kun je ondertussen de witlof en de bosui snijden. De witlof kun je het beste in reepjes snijden en dan daarna er kleine blokjes van snijden. De bosui  in kleine ringen snijden.

De plakjes katenspek/ontbijtspek in kleine stukjes snijden, maar niet alles. Voor de garnering is het mooi om wat katenspek/ontbijtspek over te houden voor bovenop de stamppot. Als dit niet zoveel uitmaakt, kun je het ook gewoon allemaal opsnijden voor door de stamppot.  Je bakt de spek totdat het lekker krokant is en daarna is het handig om even het meeste vet eraf te deppen. Er komt behoorlijk wat vet vanaf!

Als de aardappelen klaar zijn giet je het af en doe je het weer terug in de pan. Doe vervolgens het bakje roomkaas erbij en stamp het fijn. Als de stamppot nog iets te droog is, de je er nog wat melk bij of je gebruikt nog wat meer roomkaas. Maar 1 bakje is meestal 150 gram, dus dan zou je 2 bakjes moeten kopen.

Als het fijngestampt is kan als laatste fijngesneden witlof, bosui en spek erdoor. Je kunt wat bosui apart leggen voor op de stamppot ter garnering. Een beetje nootmuskaat naar smaak en eventueel kerriepoeder. Zelf hou ik wel van een beetje kruiden dus ik heb kerriepoeder gebruikt.
Schep de witlofstamppot op een bord.  Garneer eventueel met nog wat bosui en spek.

Zoek je nog een andere stamppot? Bekijk dan eens deze koolhydraatarme stamppot van zoete aardappel met spinazie